De wijk Het Zand waarin het gebouw Bethel is gelegen, was de eerste stadsuitbreiding van de gemeente ‘s-Hertogenbosch. Tot de ondertekening van de Vestingwet op 18 april 1874 (waarbij de stad van zijn functie als vestingstad werd ontheven) was er voor de stad geen mogelijkheid om uit te breiden, omdat het verboden was om buiten de stadsmuren te bouwen.

Nadat de gemeente concrete uitbreidingsplannen had ontwikkeld kon men de aanleg van de wijk ter hand nemen. Onder voorzitterschap van burgemeester jhr. P. van der Does de Willebois vergaderde op 2 juni 1890 de gemeenteraad van ’s-Hertogenbosch. Op de agenda stond het voorstel tot aanbesteding van het ophogen van de terreinen ten westen van de stad, gelegen tussen de Dommel en de spoorlijn. Als aannemers werden Van Seters en Van Haren voorgedragen. Na een korte discussie werd het voorstel aangenomen. Dit gebied was laag gelegen en had een drassige bodem. Om het bouwrijp te maken was een ophoging van ca. 4,00 m noodzakelijk. De aannemers Van Seters en Van Haren voerden deze grondwerkzaamheden uit. 

De nieuwe wijk Het Zand dankt haar naam aan het vele zand dat voor de ophoging werd gebruikt. Dit zand werd gewonnen uit de Vughtse heide en per smalspoor aangevoerd. Een grote graafmachine, die al snel de naam “De IJzeren Man “ kreeg, groef 800.000 m3 zand op. Het gat dat hierdoor ontstond, vulde zich al snel met grond- en regenwater en vormde zo de aanzet voor het latere recreatiegebied ‘De IJzeren Man’. 

Het Zand was een gewilde locatie, want al in 1910 was de wijk volgebouwd. Het gebouw Bethel dateert van 1908; dat kunt u zien aan de gevelsteen nabij de ingang. Op 23 april 1908 werd de eerste steen gelegd door de zoon van predikant H.W.A.Voorhoeve. 

Opdrachtgever tot de bouw was de Vereniging tot Evangelisatie binnen de classis ’s-Hertogenbosch, die werd opgericht in 1906. Het Bestuur zocht al direct al een locatie om een ‘gebouw voor openbare godsdienstige bijeenkomsten te plaatsen’. Na overleg tussen de Burgemeester en het Bestuur werd een locatie aan de Grobbendonckstraat gekozen. Dit bouwterrein werd van de gemeente aangekocht. Het bouwplan werd gemaakt door de architect W.J. Haspels, die een gebouw met een voor die tijd kenmerkende uitstraling heeft ontworpen; met name het metselwerk en de muurankers zijn van een typische stijl. Het gebouw werd in september 1908 in gebruik genomen, nu 119 jaar geleden dus. 

In het begin functioneerde het gebouw als een wijk-kerkgebouw. Immers veel protestanten woonden in de directe omgeving (zoals de Maijweg) en de afstand naar gebouw Bethel was beter te belopen dan naar de Grote Kerk in de Kerkstraat. Van 1908 tot 1938 werden er in het gebouw elke zondag kerkdiensten gehouden en hield men er zondagsschool. Door de week was er jeugd- en verenigingswerk en werden de bovenzalen door derden gehuurd voor andere activiteiten. Vanaf 1948 tot heden vinden er weer wekelijks kerkdiensten plaats. De Bethel gemeente maakt deel uit van de Protestantse Gemeente ’s-Hertogenbosch. In de kerkzaal bevind zich een balustrade orgel van de fa. K.B. Blank en Zoon uit 1974. 

Vanaf het begin in 1908 tot aan de Tweede Wereldoorlog lag het gebouw aan een doorgaande straat, de Grobbendonckstraat geheten. De wijk Het Zand heeft bij de bevrijding in oktober 1944 veel oorlogsschade opgelopen; bij het herstel daarvan is het stratenplan aangepast en kwam gebouw Bethel aan een doodlopende Grobbendonckstraat te liggen. Die situatie is tot op heden zo gebleven. 

Meer informatie is te vinden in het boekje “Kroniek van het kerkgebouw Bethel ’s-Hertogenbosch” (te koop voor € 12,50).